Twee dagen na de uitgifte van de medicijnen moet ik helaas nog steeds met het openbaar vervoer naar het werk in Tanjeh. De auto waarmee ik pech had is nog niet gemaakt. Maar reizen in Gambia is geen straf, je kijkt je ogen uit.
Bij openbaar vervoer denk je al gauw aan een bushokje en bussen die op gezette tijden langsrijden, met in de bus je eigen zitplaats. Niets is minder waar. Vanuit Bundung, waar we op de familiecompound verblijven, neem ik een busje door het drukste stuk van Gambia. Een busje is niet makkelijk te vinden, ze zijn overvol met marktlui op weg naar hun standplaats en kinderen op weg naar school. Zo nu en dan is het een kip of geit die op schoot met z’n eigenaar meereist. In een busje met negen plekken passen in Gambia met gemak vijftien mensen. Eenmaal voorbij de drukte, maakt de stad plaats voor de bush. Palmbomen en mangrove aan de linkerkant en de zee met prachtig gekleurde vissersboten rechts. In Tanjeh zelf aangekomen is het een drukte van belang. Tussen de dames met manden met vis op het hoofd en kinderen die de netten naar het strand brengen, is het genieten als ik het laatste stukje loop naar het health centre.
Vannacht zijn zes patiënten opgenomen, vier met ernstige malaria. Hoopvol kijk ik wat de verpleegkundige van afgelopen nacht heeft voorgeschreven . Helaas niet wat ik gehoopt had. De malariamiddelen die juist eergisteren zijn gebracht, zijn door de nachtverpleegkundige niet gebruikt, alleen de oude vertrouwde tabletten, samen met een middel tegen het braken. Ik probeer m’n ergernis te verbergen en vraag of de verpleegkundige overwogen heeft om artemether (injectie) te geven in plaats van de tabletten. Schoorvoetend geeft ze toe dat ze eigenlijk niet precies weet hoe dit middel te gebruiken. Mijn ergernis is op slag verdwenen en in plaats daarvan besef ik dat ik een inschattingsfout heb gemaakt. De meeste algemeen verpleegkundigen hebben amper scholing gehad en hen valt dus niks te verwijten. Samen met verpleegkundige Sam die de dienst samen met mij overneemt, dienen we bij drie van de vier malariapatiënten van die nacht de medicijnen toe.
De afgelopen dagen ben ik samen met hoofdverpleegkundige Seffiatou aan het schrijven geslagen. Richtlijnen voor de meest voorkomende aandoeningen, posters met aanwijzingen ten aanzien van doseringen en waarschuwingen. De verpleegkundigen zijn echt ontzettend gemotiveerd en bedenken nieuwe onderwerpen waarover ze onderwijs willen.
Nu de weken voorbij vliegen blijkt steeds meer waar de noden liggen. De aanhoudende stroom aan malariapatiënten: zouden we in staat kunnen zijn om naast behandelen, de kinderen van Tanjeh te voorzien van klamboes? Een schrijnende casus met verschrikkelijke wonden bij een jongen met albinisme, zet weer een nieuwe wens op het lijstje: zonbescherming voor mensen met albinisme. De moeder van een klein baby’tje met longontsteking kan de opname in het ziekenhuis niet betalen. Gelukkig hoeven we de baby niet naar huis te sturen, want ik heb een Nederlandse donateur die hier in wil voorzien. Maar zou daar geen structurele oplossing voor moeten komen?
Beetje bij beetje zoeken we hoe we met beperkte middelen zoveel mogelijk patiënten kunnen helpen. Onderwijs blijkt een heel belangrijk item te zijn en verder probeer ik voor de toekomst in samenwerking met lokale betrouwbare partners in Gambia en met de aangeboden hulp in Nederland om op de lange termijn bewoners in de omgeving van Tanjeh van cruciale gezondheidszorg te voorzien. Hierbij bouwen we vooral voort op de basis die er ligt en het verantwoordelijkheidsbesef in de gemeenschap zelf.
Als ik terugkom in Nederland hoop ik een stichting op te zetten zodat we deze doelen kunnen behalen!
Reactie plaatsen
Reacties